Een halve eeuw Hoffmann; geschiedenis van een marktleider
In 2012 bestond Hoffmann vijftig jaar. Dat was een mooie gelegenheid om terug te kijken op de mijlpalen die in die halve eeuw zijn bereikt, en hoe het particulier recherchewerk in Nederland gestalte kreeg.
Het begin (jaren 60-70)
Wat uiteindelijk uitgroeit tot één van de meest toonaangevende recherchebureaus in West-Europa, begint heel klein. Om precies te zijn tussen de schuifdeuren van een Amsterdamse huurwoning in de Deurloostraat 70-3. Hier neemt Gerd Hoffmann senior als privédetective in 1962 zijn eerste zaak aan, voor 50 gulden.
Hoffmann senior is een charismatische man. Zijn persoonlijkheid - en zijn recherchewerk op zich - spreken tot de verbeelding. De eerste medewerkers zijn sterk gemotiveerd om het bedrijf succesvol te maken, hoewel het in het begin lastig is om opdrachtgevers te vinden. De echtgenote van Hoffmann senior ontfermt zich in die tijd over de boekhouding. Ook zij groeit uit tot één van de drijvende krachten achter het bedrijf.
Op 1 december 1975 verhuist het bedrijf naar een flat op de Van Heenvlietlaan 142 in Buitenveldert. Na verloop van tijd komt er versterking voor het team van vijf medewerkers: de middelste zoon van de oprichter, Gerd Hoffmann junior dient zich aan. Na zijn havo-examen scheurt Hoffmann junior als broekie door de Amsterdamse straten om potentiële daders te observeren. Op die manier leert hij, eerst op de fiets en later op een brommertje, het recherchevak in de praktijk
In de plooi (jaren 70)
In de begintijd kent het bedrijf de dynamische sfeer van een pioniersbedrijf met een team dat hard werkt. Dit resulteert in een hoog oplossingspercentage en veel tevreden opdrachtgevers. In tegenstelling tot vandaag de dag zijn er overigens geen voorschriften over hoe mensen die onderzocht worden, te woord worden gestaan. En over het inhuren van privédetectives wordt nog niet openlijk gesproken. Discretie is buitengewoon belangrijk. Rechercheurs vertellen daarom nóóit dat ze medewerkers van Hoffmann zijn, zoals nu wel het geval is. Hoffmann senior hamert er bij zijn rechercheurs wel op dat zij alle mogelijke daders met respect behandelen.
Een arbo wetgeving bestaat in de begintijd ook nog niet. Dit heeft tot gevolg dat observanten de gekste dingen doen: ze klimmen op hoge ladders, kijken dagenlang vanuit een donkere kelder door een klein gaatje, gaan tegenover een woning of kantoor zitten vissen, bivakkeren urenlang in de vrieskou of verschansen zich achter een schildersezel.
De serieuze werkzaamheden vinden dus plaats onder zware omstandigheden. Met humor geven de medewerkers tegenwicht. Zo kan het gebeuren dat de ene rechercheur de andere totaal verrast door zichzelf bij een potentiële dader te presenteren met een ter plekke verzonnen naam en functie. De andere rechercheur moet dan zijn gezicht in de plooi houden en zich naar de bijpassende rol zien te gedragen.
Gouden vondst (jaren 70)
Hoffmann senior heeft een goed gevoel voor dramatiek en pr. Hij geeft, al pijp rokend, druk bezochte lezingen die de fantasie prikkelen en vertelt over zijn vroegere werkzaamheden voor de Binnenlandse Veiligheidsdienst (BVD). Bij personeelsbijeenkomsten laat hij na afloop altijd zijn lijflied horen: I did it my way door Frank Sinatra. Hij bezoekt ook allerlei congressen in binnen- en buitenland en maakt het bedrijf lid van veel nationale en internationale vakorganisaties. Hij ziet er scherp op toe dat klanten nooit voor één cent worden benadeeld.
In 1976 bedenkt senior iets dat voor die tijd uniek is in de branche: de Hoffmann-tips, die toen nog de Recherchetips heette. Een magazine met geanonimiseerde zaken uit de onderzoekspraktijk, die steevast eindigen met tips voor ondernemers over het behoeden van hun bedrijf voor de beschreven fraude. Het magazine wordt zelfs vertaald in het Engels en Duits. Het blijkt een gouden vondst en wordt enorm populair in binnen en buitenland. Zorgt voor veel goodwill en naamsbekendheid én werkt als eyeopener. De ‘Tip’ wordt nog steeds graag gelezen en verschijnt meerdere keren per jaar in een oplage van ruim 50 duizend stuks.
Technische vindingen (jaren 70-80)
In de jaren 70 en 80 wordt het recherchewerk specialistischer. Enkele nieuwe, technische uitvindingen werken daarbij als vliegwiel. De rechercheurs krijgen bijvoorbeeld mobilofoons in hun auto’s waarmee ze – op dezelfde frequentie als Rijkswaterstaat – met elkaar in codetaal communiceren. De mobilofoons zijn uniek, want geen enkel ander recherchebureau heeft hiervoor een vergunning. Ze zijn vooral een uitkomst tijdens het volgen van voertuigen, omdat de observanten in verschillende volgauto’s elkaar de route kunnen doorgeven. De groei van het bedrijf en het gebruik van de mobilofoons hebben tot gevolg dat de afdeling Observatie ontstaat.
In de jaren 70 is het mogelijk om telefoongesprekken op te nemen. Grote bandrecorders nemen op wat mogelijke fraudeurs via analoge verbindingen zeggen. Kort na de eerste telefoontaps komt de zogenoemde sweep-apparatuur op de markt. Als ondernemers het idee hebben dat ze worden afgeluisterd, kan Hoffmann eventuele bugs voor ze onderscheppen.
Begin jaren 80 doen ook de eerste geheime camera’s hun intrede. Deze zitten verstopt in een ordner of aktetas en maken om de zoveel tijd een foto. De eerste filmcamera’s kosten tienduizenden gulden. Ze worden bijvoorbeeld verstopt in speciaal hiervoor geprepareerde kastjes. Voor het sweepen en het plaatsen van telefoontaps en verborgen camera’s, krijgt Hoffmann in de jaren ’80 de afdeling Techniek.
Transformatie (jaren 80)
Op 15 december 1979 verhuist Hoffmann naar een heus bedrijfspand op de Van Leijenberghlaan 199-A, ook in Buitenveldert. Hier transformeert de onderneming op verschillende manieren. Hoffmann Bedrijfsrecherche wordt een BV en het aantal medewerkers stijgt in enkele decennia van acht naar ongeveer zeventig. De omliggende inpandige kantoorruimtes worden stuk voor stuk geannexeerd om iedereen te kunnen herbergen.
Op het nieuwe adres verbreedt het opdrachtenpallet. Eerst wordt er vooral fraude door ‘buitendienstmedewerkers’ opgespoord, maar Hoffmann gaat steeds specialistischer onderzoek doen. Naar financieeladministratieve fraude bijvoorbeeld, of naar ambtelijke omkoping, diefstal en steekpenningen. In deze tijd komen er ook steeds meer opdrachten uit het buitenland. Daarnaast vinden grotere bedrijven met meer medewerkers en omzet hun weg naar Hoffmann. Tot aan de jaren 80 verzamelen de rechercheurs zelf alle achtergrondinformatie over de potentiële daders. Dit ‘informatief onderzoek’ is dan nog geen kwestie van online databases nagaan en gegevens verzamelen.
Tot aan het computertijdperk gaan de onderzoekers nog overal heen om dagenlang handmatig de archieven door te spitten. Vanaf begin jaren ’80 neemt de afdeling Desk de rechercheurs dit werk uit handen.
Junior (jaren 90)
In 1997 neemt de gedreven Gerd Hoffmann junior het stokje van zijn vader over. Met succes: door hard werken maakte hij Hoffmann groter dan ooit. Hij neemt de zaak over in een tijd waarin de maatschappelijke acceptatie van recherchewerk groeit. Het wordt steeds normaler om particuliere onderzoekers in te schakelen. Parallel aan de bestuurswissel loopt de verbreding van het klantenbestand: steeds meer gemeenten, woningbouwverenigingen, zorginstellingen en ziekenhuizen kiezen voor Hoffmann. Nieuw zijn de verzoeken ter ondersteuning van politieorganisaties en overheidstoezichthouders.
Meer transparantie (jaren 90)
De behoefte aan openheid over de werkwijze van particuliere recherchebureaus groeit. Dat komt mede door de intensivering van de publiek-private samenwerking. Daarnaast wordt er ook meer van de particuliere recherche verwacht. Niet alleen door het bedrijfsleven maar ook door de overheid, burgers en de rechterlijke macht. In reactie op deze behoeften komt er op 24 oktober 1997 een nieuwe Wet particuliere beveiligingsorganisaties en recherchebureaus. Hierin staan eisen voor de opleidingen en de verlening van vergunningen voor de recherche- en securitybranche.
In deze jaren is Hoffmann als marktleider sterk betrokken bij het proces dat van de particuliere recherche een meer professionele bedrijfstak maakt. Zelfregulatie en kwaliteitsbewaking zijn hierin belangrijke mijlpalen die beantwoorden aan de groeiende behoefte aan meer transparantie. Zo is Hoffmann in 1999 medegrondlegger van de gedragscode van de branchevereniging en als erkend opleidingsinstituut een klankbord bij het opzetten van de opleiding tot particulier rechercheur. Hoffmann juicht al deze ontwikkelingen toe. Reden hiervoor is de overtuiging dat regelgeving en toezicht door de overheid en de branche zelf voor meer kwaliteit zorgt en de markt met zijn aanbieders beter zal reguleren.
Preventie (jaren 90)
In de jaren ’90 komt het belang van preventie steeds nadrukkelijker naar voren. In antwoord daarop start het bedrijf in 1998 de afdeling Strategisch Risk Management®. Hierin wordt de expertise op alle verschillende gebieden binnen Hoffmann gebundeld, om organisaties weerbaarder te maken. Van deze dienst wordt veel gebruik gemaakt. Bovendien uiten veel bestuurders hun enthousiasme over deze preventieve tak van Hoffmann met een interview in de ‘Tip’.
Champagne! (2000)
In de kerstvakantie van 2000 toosten 70 medewerkers met champagne op de fundamenten van het toekomstige bedrijfspand aan de Luidsprekerstraat in Almere. Na de verhuizing op 13 juli 2001 zijn veel opdrachtgevers in het nieuwe, strak beveiligde pand te gast. Het is ook de plek waar veel trainingen worden gegeven. En de trend naar steeds grotere opdrachtgevers zet in Almere door.
Twee succesverhalen (2000-2010)
In het begin van de 21ste eeuw vindt een andere belangrijke ontwikkeling plaats in het recherchewerk. Door de opkomst van internet en de digitalisering van de maatschappij is cybercrime een steeds grotere bedreiging voor organisaties. Daarom start Hoffmann in 2002 de afdeling ICT Security met een aparte unit: Cybercrime & Audits. Deze afdeling is vanaf de start enorm succesvol. Hoffmann’s specialisten worden tot op de dag van vandaag ingeschakeld door grote spelers in de non-profit- en profitsector. Daarnaast geven ze overal ter wereld lezingen op uitnodiging van organisaties als Govcert en Interpol.
Screening (2010-2020)
2009 is de aanloop tot een ander succesverhaal binnen Hoffmann: dat van de screenings. Zowel de pre- als in-employmentscreenings van Hoffmann worden ongekend populair. Het aantal opdrachten verdubbelt in 2011 en neemt nog steeds toe. Het succes is naast de veranderende tijdsgeest mede te danken aan de flexibele, unieke screeningsmethodiek die Hoffmann heeft ontwikkeld. Deze is proportioneel en maakt het mogelijk de screening geheel aan te passen op verschillende functies en organisaties.
Trigion (2010-2020)
2011 is een belangrijk jaar voor Hoffmann. Trigion, dé meest toonaangevende partner die veiligheid creëert, neemt Hoffmann over. Deze stap, die soepel wordt gezet, is logisch: de knowhow van beide bedrijven vult elkaar perfect aan. En de versmelting komt op een goed moment want het recherchewerk wordt steeds uitdagender. Risico’s moeten meer en meer worden geanalyseerd en creatief worden ingedamd. Het grootste risico voor de samenleving, cybercrime, wordt nog belangrijker dan het al is.
Toekomst
Al ruim een halve eeuw bekleedt Hoffmann met succes de positie van marktleider en opinion leader. Het bedrijf heeft inmiddels bijna honderd medewerkers in dienst en het voert jaarlijks gemiddeld 1.200 onderzoeks- en adviesopdrachten uit.
Wat in al die jaren nooit veranderde is de drijfveer: Hoffmann bouwt vanuit een sterk rechtvaardigheidsgevoel aan integere organisaties. Hoffmann’s specialisten zetten hun kennis, ervaring, integriteit en onafhankelijkheid graag in om fraude te bestrijden en te voorkomen. Zij willen als vanouds beantwoorden aan de wensen van klanten en houden nieuwe fraudemethoden nauwlettend in het oog.
Hoffmann is er ook van overtuigd dat het toekomstige uitdagingen op alle terreinen beantwoordt met een aanpak die steeds specialistischer wordt. Terugblikkend op de historie en kijkend naar de ontwikkelingen in de branche, ziet de marktleider de toekomst met vertrouwen tegemoet.